Verdiepende sessie over onderwijs na corona. Hoe vooruit te gaan samen met NPO@Limburg

Isabelle Bastiaens | 15 June 2022


Verdiepende sessie over onderwijs na corona. Hoe vooruit te gaan samen met NPO@Limburg door Colette van den Heuvel en Trudie Schils

Op woensdag 11 mei werd de Marktplaatsbijeenkomst ‘NPO? Naar Prachtig Onderwijs!’ door de Onderwijswerkplaats Limburg georganiseerd. Tijdens deze bijeenkomst organiseerden Colette van den Heuvel en Trudie Schils van NPO@Limburg en de Educatieve Agenda Limburg een discussie over zorgen omtrent het onderwijs post-COVID-19.

De COVID-19 pandemie heeft de vorm van Nederlands onderwijs, zoals iedereen het voorheen kende, zeer veranderd. Van fysiek naar online, van omgeven door leeftijdsgenoten naar omgeven door ouders, van een leerstimulerende omgeving naar een omgeving met mogelijk veel afleidingen. Dit heeft effect gehad op de sociaal-emotionele én cognitieve ontwikkeling bij kinderen. Daarnaast ervaarden docenten hierdoor ook een hogere werkdruk.

Om het onderwijs te ondersteunen tijdens en na deze periode heeft de Nederlandse overheid 8.5 miljard euro beschikbaar te gesteld. Deze 8.5 miljard euro is verdeeld over alle onderwijsinstellingen in Nederland die het geld gebruiken voor de cognitieve en persoonlijke ontwikkeling van hun leerlingen én voor de professionalisering en ondersteuning van hun docenten. Daarnaast is er vanuit de overheid ook een lijst met interventies opgesteld die scholen ondersteunen bij het bereiken van deze doelen. Scholen kunnen ervoor kiezen om hun financiering aan een van deze interventies te besteden. Dit heet alles bij elkaar heet het Nationaal Programma Onderwijs (NPO).

Voordat scholen gebruik maken van zulke bestaande interventies of beslissen waar zij het geld van het NPO aan zullen besteden, wordt er aangeraden om voorafgaand een ‘schoolscan’ te maken. De resultaten van deze scan zullen laten zien welke gebieden van hun onderwijs extra aandacht nodig hebben.

In Limburg heeft de organisatie NPO@Limburg, opgericht vanuit een samenwerking tussen verschillende kennisinstellingen en schoolbesturen, het doel om de uitvoering van het NPO bij Limburgse scholen te vergemakkelijken. Vanuit NPO@Limburg wordt er op drie manieren ondersteuning geboden aan de scholen:

1)     Ondersteuning via de zogenaamde monitor-/onderzoekslijn. In principe houdt dit in dat NPO@Limburg scholen ondersteunt met behulp van onderzoek. Aan de ene kant geven zij praktische tips over de uitvoering van het NPO. Denk hierbij aan informatie over: Hoe maak je een schoolscan? Welk instrument gebruik je daarvoor? Hoe kunnen de resultaten van de schoolscan afgelezen en geïnterpreteerd worden? Hoe kunnen de resultaten worden gebruikt om een interventie te ontwikkelen/uit te kiezen? Wanneer laat een interventie een gewenst effect zien? Hoe kan een standaard interventie van de overheid aangepast worden?

En aan de andere kant doen ze ook exploratief onderzoek naar hoe en óf de NPO-interventies naar een post-pandemie toekomst verduurzaamd kunnen worden.

2)     Het delen van kennis. In wetenschappelijk onderzoek worden bepaalde thema’s aangehaald die belangrijk kunnen zijn voor de uitvoering van het NPO. Echter, wetenschappelijke resultaten kunnen soms lastig te interpreteren zijn. NPO@Limburg presenteert deze resultaten op een makkelijkere manier en helpt ook bij de interpretatie van deze resultaten. Denk bijvoorbeeld aan factsheets van de Onderwijsmonitor Limburg, vragenuurtjes, kennisdossiers en nieuwsflitsen.

3)     Ondersteuning bij het professionaliseren van docenten. De precieze manier waarop NPO@Limburg hierbij kan ondersteunen wordt nog verder onderzocht en bediscussieerd.

 

Tijdens de Marktplaatsbijeenkomst ‘NPO? Naar Prachtig Onderwijs!’ op 11 mei gaven Colette van den Heuvel, kwartiermeester van NPO@Limburg, en Trudie Schils, wetenschappelijk adviseur van NPO@Limburg, een presentatie vanuit het wetenschappelijk perspectief over welke zorgen nu onder scholen bestaan na de COVID-19 pandemie. Colette en Trudie lieten in hun presentatie de resultaten van landelijke monitoren (link monitor 1, link monitor 2) zien waarin docenten en directeuren van scholen hun zorgen over bepaalde thema’s hadden geuit. In het kort toonden deze monitoren het volgende aan:

1.      Op dit moment maken scholen zich zorgen over hoe zij hun onderwijs anders moeten organiseren om bij een post-pandemie maatschappij te passen.

2.      Er is onduidelijkheid bij scholen over wat sociaal-emotionele vaardigheden precies inhouden en welke ondersteuning geboden kan worden bij de ontwikkeling van deze vaardigheden.

3.      Scholen hebben bepaalde verwachtingen van ouders, en ouders hebben bepaalde verwachtingen van scholen. Deze verwachtingen van beide kanten sluiten echter niet op elkaar aan. Hoe kunnen scholen duidelijk met ouders communiceren over deze verwachtingen en mogelijke mis-matches oplossen?

4.      Scholen voelen zich onzeker bij de uitvoering van het NPO. Hebben ze de school scan goed gedaan? Hebben ze de juiste interventie gekozen?

5.      En als laatst maken scholen zich zorgen over hoe zij hun beslissingen, resultaten van interventies en zorgen naar het ministerie moeten verantwoorden.


Na de presentatie vroegen Colette en Trudie de deelnemers van de Marktplaatsbijeenkomst of zij deze zorgen ook in hun eigen school herkenden, waar zij het meest tegenaan lopen bij de uitvoering van het NPO, hoe zij daarmee omgaan en wat zij daarbij nodig hebben als ondersteuning. Na tien minuten in kleine groepen gediscussieerd te hebben, werden de antwoorden nog even plenair besproken. Hieruit volgde dat er een hoge prestatiedruk wordt gevoeld onder leerlingen én docenten. Dit komt doordat leerperioden en toetsnormen (behalve voor eindexamenleerlingen) niet zijn aangepast. Dit betekent dus dat er vanuit de schoolinspectie verwacht wordt dat leerlingen aan het einde van een jaar hetzelfde kennisniveau hebben als voorgaande jaren, ondanks dat deze leerlingen een vertraging in de leergroei hebben opgelopen. Vervolgens halen leerlingen hierdoor slechtere resultaten, wat dan ook weer invloed heeft op de ontwikkeling van sociaal-emotionele vaardigheden, zoals motivatie. De deelnemers vonden het lastig hoe zij op basis van niet aangepaste normen een overgangsadvies moesten geven en vroegen zich af of de inspectie hier iets aan gaat doen. Daarnaast kwam ook naar boven dat de relatie tussen docenten en leerlingen zeer veranderd is, terwijl deze relatie de basis vormt van de sociaal-emotionele en cognitieve ontwikkeling. Ze benadrukten daarbij dat docenten meer tijd zouden moeten krijgen om ook aandacht te besteden aan het verbeteren van die relatie.

Aan het einde van de bijeenkomst bedankten Colette en Trudie de deelnemers voor hun bijdrage. Ze benadrukten daarbij dat alle input zeer gewaardeerd wordt en ook zal worden gebruikt in de verdere ontwikkeling van NPO@Limburg. 

 

 

delen:  
Loading Conversation