Diplomaverwachtingen van Limburgse middelbare scholieren 2014 - 2022

Trudie Schils, Vera Ronda en Lynn van Vugt, Universiteit Maastricht | 30 June 2023


Introductie

Verwachtingen van leerlingen vormen een belangrijk onderdeel voor een positieve ontwikkeling van jongeren1. Te lage verwachtingen kunnen gepaard gaan met lage motivatie of onzekerheid over het eigen kunnen. Te hoge verwachtingen kunnen gepaard gaan met overschatting van het eigen kunnen en teleurstelling of frustratie als de resultaten uitblijven2. Verwachtingen van leerlingen hangen daarmee ook samen met self efficacy, ofwel zelfeffectiviteit3,4. Zelfeffectiviteit wordt omschreven als het gevoel een specifiek doel te kunnen bereiken of een specifieke taak te kunnen voltooien5. Verwachtingen die leerlingen hebben over hun eigen kunnen of hun eigen toekomst worden daarbij ook beïnvloed door verwachtingen die anderen, bijvoorbeeld ouders of een leraar van hen hebben. Daar komen we bij de aanbevelingen achterin deze factsheet nog op terug. Ook komen we in een latere factsheet nog terug op verwachtingen van ouders.

We verzamelen sinds 2014 in de OnderwijsMonitor Limburg bij leerlingen in leerjaar 3 van het voortgezet onderwijs informatie over hun verwachtingen ten aanzien van het behalen van hun diploma. In een vorige factsheet naar verwachtingen van middelbare scholieren lieten we zien dat de verwachtingen van leerlingen over het te behalen diploma in 2020 (en 2018) lager waren dan in 2014-2016. Een belangrijke vraag is hoe het nu met de verwachtingen van de leerlingen is. In deze factsheet komen we met een update van de cijfers, op basis van de dataverzameling in 2022 onder leerlingen in het derde leerjaar van Limburgse middelbare scholen.

Klik hier voor de pfd van deze factsheet

We bekijken achtereenvolgens:

  • Trends tussen 2014-2022 incl. ‘covid’-effect
  • Verschillen in die trend naar onderwijstype
  • Verschillen in die trend tussen jongens en meisjes
  • Verschillen in die trend naar sociaal-economische achtergrond
  • Verschillen in die trend naar regio

Als uw school/bestuur heeft deelgenomen, kunt u ook cijfers voor uw eigen school/bestuur inzien in de digitale terugkoppeling, via deze link. Hiervoor is de inlogcode nodig die bestuurders en schoolleiders van deelnemende scholen hebben ontvangen.

Resultaten in het kort
Algemeen beeld

Tabel 1 geeft een beeld van de verdeling van de verschillende groepen leerlingen die in de data zijn vertegenwoordigd en genoemd worden in deze factsheet.

Verwachtingen naar jaar

We hebben leerlingen de vraag voorgelegd of ze denken dat ze hun huidige opleiding gaan afmaken. Ze konden daarop antwoorden geven variërend van (1) gebeurt zeker niet tot (5) gebeurt zeker wel. Om de interpretatie makkelijker te maken, hebben we de antwoorden omgezet in een kans van 0-1.

Figuur 1 laat de resultaten zien voor de verschillende jaren tussen 2014 en 2022. Over het algemeen zijn de verwachtingen van leerlingen over het behalen van hun diploma goed: de kans is gemiddeld 0.82. De verschillen over de jaren zijn klein, maar wel significant. In 2014 en 2016 zijn de verwachtingen het hoogst en in 2018 zijn ze wat lager. In 2020 zijn ze het laagst, met name voor de zomervakantie (net na de eerste lockdown). In 2020 na de zomervakantie zijn ze weer op het niveau van 2018, net als de verwachtingen in 2022.

Dit zijn gemiddelden over alle leerlingen en op de volgende pagina’s gaan we dieper in op mogelijke verschillen tussen groepen leerlingen.

Figuur 1: Diplomaverwachtingen van middelbare scholieren naar jaar, 2014-2022

Leeswijzer: De diamanten tonen de afwijking van het gemiddelde over alle leerlingen en alle jaren. De lijnen rondom de diamanten tonen de 95%-betrouwbaarheidsintervallen. Langere lijnen duiden op meer spreiding rond het gemiddelde, bijvoorbeeld omdat leerlingen uiteenlopende antwoorden hebben gegeven of omdat het om een kleine groep gaat. Om te weten of een verschil significant is kunt u kijken of de lijnen overlappen. Indien dit het geval is, is het verschil niet significant. Bij de berekening van het gemiddelde wordt gecontroleerd voor onderwijstype, geslacht, leeftijd, opleiding ouders, en regio.

Verwachtingen naar onderwijstype

Figuur 2 laat de verschillen zien in de trends tussen leerlingen op verschillende onderwijstypen. Verwachtingen zijn doorgaans het hoogst onder leerlingen op het vmbo gl/tl en het laagst onder die op het vmbo bl/kl. Ook de trends verschillen tussen de onderwijstypen (zie ook factsheet 2022-001).

  • Op het vmbo bl/kl zien we een daling tussen 2014 en 2016, en dan weer een daling in 2020 voor de zomer. In 2022 liggen de verwachtingen weer op het niveau van 2016-2018.
  • Op het vmbo gl/tl is er pas tussen 2016 en 2018 een daling zichtbaar. De stijging van verwachtingen vond al in 2020 na de zomer plaats en daarmee liggen verwachtingen weer op het niveau van 2018.
  • Op het havo zien we een stijging tussen 2014 en 2016 (net niet significant) waarna voor 2018 en 2020 lagere verwachtingen zichtbaar zijn. In 2020 na de zomer is er een (net niet significante) stijging en in 2022 zijn verwachtingen lager dan die na de zomer van 2022 en lager dan die in 2018 (net niet significant).
  • Op het vwo zien we een daling tussen 2016 en 2018, en een opleving na de zomer van 2020. De verwachtingen in 2022 zijn hoger dan die in 2018 (net niet significant).

Figuur 2: Diplomaverwachtingen van middelbare scholieren naar onderwijstype en jaar, 2014-2022

Leeswijzer: De diamanten tonen de afwijking van het gemiddelde over alle leerlingen en alle jaren. De lijnen rondom de diamanten tonen de 95%-betrouwbaarheidsintervallen. Langere lijnen duiden op meer spreiding rond het gemiddelde, bijvoorbeeld omdat leerlingen uiteenlopende antwoorden hebben gegeven of omdat het om een kleine groep gaat. Om te weten of een verschil significant is kunt u kijken of de lijnen overlappen. Indien dit het geval is, is het verschil niet significant. Bij de berekening van het gemiddelde wordt gecontroleerd voor onderwijstype, geslacht, leeftijd, opleiding ouders, en regio.

Verwachtingen naar geslacht

Figuur 3 laat de verwachtingen zien afzonderlijk voor jongens en meisjes. Gemiddeld genomen hebben meisjes iets hogere verwachtingen dan jongens. De trends laten ook wat verschillen zien. Bij jongens zien we eigenlijk sinds 2014 een dalende trend waarna het patroon relatief stabiel is. Bij meisjes zien we eerst een toename van verwachtingen tussen 2014 en 2016 waarna de daling inzet. De verwachtingen van meisjes zijn sinds september 2020 hoger dan in 2020 voor de zomer (net niet betekenisvol verschillend) en vergelijkbaar met die van 2018.

Als we binnen de onderwijstypen naar verschillen tussen jongens en meisjes kijken (figuur niet getoond), zien we het volgende:

  • Op het vmbo bl/kl en vwo hebben jongens en meisjes gemiddeld genomen gelijke verwachtingen. Op het vmbo gl/tl en havo hebben meisjes hogere verwachtingen dan jongens.
  • Op het vmbo bl/kl laten meisjes na de zomer 2020 alweer hogere verwachtingen zien dan voor de zomer, bij jongens is die stijging pas in 2022 zichtbaar.
  • Op het vmbo gl/tl is de daling voor de zomer van 2020 groter voor jongens, maar deze zijn na de zomer gelijk aan die van de meisjes. In 2022 laten de jongens weer lagere verwachtingen zien.
  • Op het havo en vwo zien we in 2016 en 2018 hogere verwachtingen voor meisjes, daarna zijn deze vergelijkbaar.​​​​​​

Figuur 3: Diplomaverwachtingen van middelbare scholieren naar geslacht en jaar, 2014-2022

Leeswijzer: De diamanten tonen de afwijking van het gemiddelde over alle leerlingen en alle jaren. De lijnen rondom de diamanten tonen de 95%-betrouwbaarheidsintervallen. Langere lijnen duiden op meer spreiding rond het gemiddelde, bijvoorbeeld omdat leerlingen uiteenlopende antwoorden hebben gegeven of omdat het om een kleine groep gaat. Om te weten of een verschil significant is kunt u kijken of de lijnen overlappen. Indien dit het geval is, is het verschil niet significant. Bij de berekening van het gemiddelde wordt gecontroleerd voor onderwijstype, geslacht, leeftijd, opleiding ouders, en regio.

Verwachtingen naar opleidingsniveau ouders

Figuur 4 laat de verwachtingen zien uitgesplitst naar opleiding van de ouders. Gemiddeld genomen hebben leerlingen met (lager dan) mbo-opgeleide ouders de laagste verwachtingen en die met wo-opgeleide ouders de hoogste. Als we dat naar onderwijstype bekijken (figuur niet getoond) zien we wel verschillen:

  • Op het vmbo bl/kl hebben leerlingen met hbo-opgeleide ouders de hoogste verwachtingen.
  • Op het vmbo gl/tl zien we geen verschillen.
  • Op het havo hebben leerlingen met wo-opgeleide ouders hogere verwachtingen dan leerlingen met mbo-opgeleide ouders.
  • Op het vwo hebben leerlingen met wo-opgeleide ouders de hoogste verwachtingen, gevolgd door leerlingen met hbo-opgeleide ouders en (lager dan) mbo-opgeleide ouders.

De trend in verwachtingen tussen 2014-2022 is nagenoeg gelijk voor leerlingen met mbo- en hbo-opgeleide ouders, waarbij er een daling is in verwachtingen tussen 2016 en 2018, een opleving na de zomer van 2020 waarna verwachtingen in 2022 stabiel blijven op dat niveau. Bij leerlingen met wo-opgeleide ouders zien we een veel stabieler patroon over de jaren.

Figuur 4: Diplomaverwachtingen van middelbare scholieren naar opleiding ouders en jaar, 2014-2022

Leeswijzer: De diamanten tonen de afwijking van het gemiddelde over alle leerlingen en alle jaren. De lijnen rondom de diamanten tonen de 95%-betrouwbaarheidsintervallen. Langere lijnen duiden op meer spreiding rond het gemiddelde, bijvoorbeeld omdat leerlingen uiteenlopende antwoorden hebben gegeven of omdat het om een kleine groep gaat. Om te weten of een verschil significant is kunt u kijken of de lijnen overlappen. Indien dit het geval is, is het verschil niet significant. Bij de berekening van het gemiddelde wordt gecontroleerd voor onderwijstype, geslacht, leeftijd, opleiding ouders, en regio.

Verwachtingen naar regio

Figuur 5 laat de verwachtingen van middelbare scholieren over het behalen van hun diploma zien naar regio. De trends verschillen tussen de regio’s:

  • In Maastricht-heuvelland en Sittard-Geleen zien we een daling in verwachtingen tussen 2016 en 2018 waarna deze relatief stabiel blijven.
  • Eenzelfde patroon zien we ook in Midden-Limburg, met uitzondering van significant hogere verwachtingen in september/oktober 2020.
  • In Parkstad Limburg zien we een geleidelijke daling tussen 2014 en 2018 waarbij verwachtingen in 2018 significant lager zijn dan die in 2014. In juni/juli 2020 zijn verwachtingen het laagst waarna deze weer stijgen tot het niveau van 2018.
  • In Noord-Limburg zien we juist een stijging in verwachtingen tussen 2014 en 2016/2018. Sinds september/oktober 2020 zijn verwachtingen weer significant lager. In 2022 zijn verwachtingen het laagst in Noord-Limburg.

Figuur 5: Diplomaverwachtingen van middelbare scholieren naar regio en jaar, 2014-2022

Leeswijzer: De diamanten tonen de afwijking van het gemiddelde over alle leerlingen en alle jaren. De lijnen rondom de diamanten tonen de 95%-betrouwbaarheidsintervallen. Langere lijnen duiden op meer spreiding rond het gemiddelde, bijvoorbeeld omdat leerlingen uiteenlopende antwoorden hebben gegeven of omdat het om een kleine groep gaat. Om te weten of een verschil significant is kunt u kijken of de lijnen overlappen. Indien dit het geval is, is het verschil niet significant. Bij de berekening van het gemiddelde wordt gecontroleerd voor onderwijstype, geslacht, leeftijd, opleiding ouders, en regio.

Aanbevelingen voor de onderwijspraktijk

Wat kunt u op school doen rondom verwachtingen van leerlingen?

  • Het is van belang om te achterhalen welke aspecten leerlingen meewegen bij de verwachting over het behalen van het diploma. Waar komt mogelijke twijfel vandaan? Waar liggen bronnen van zelfoverschatting? Een goed contact met leerlingen vormt de basis om hier zicht op te krijgen, maar ook om onrealistische verwachtingen bij te stellen.
  • Het is belangrijk om bij leerlingen realistische verwachtingen te creëren, om ze te leren omgaan met onbeantwoorde verwachtingen en om ze te leren teleurstellingen te verwerken. Leerlingen pro-actief bij de lesaanpak betrekken kan hierbij helpen6.
  • In een overzichtsstudie van het Nederlands Jeugdinstituut staan enkele bredere aanbevelingen voor een positieve ontwikkeling van jongeren, waarbij verwachtingen en motivatie een belangrijke rol spelen7. Wat betreft onderwijsinhoud ligt de basis bij het aanbieden van een breed pakket van activiteiten die gericht zijn op het bevorderen van een positieve ontwikkeling en gericht op alle leerlingen. Algemene competenties worden gestimuleerd door de zelfredzaamheid van de leerlingen te bevorderen en hun zelfvertrouwen te geven. Daarbij wordt leraren geadviseerd om ontvankelijk te zijn voor de verwachtingen van leerlingen en te differentiëren in de lesaanpak zodat deze aansluit bij individuele verschillen in verwachtingen. Essentieel is een integrale en structurele aanpak, dus in álle lessen en door alle betrokkenen. Dat betekent ook dat ouders, die een belangrijke rol spelen bij het verwachtingsbeheer van leerlingen, meegenomen kunnen/moeten worden in de aanpak van het verwachtingsbeheer van leerlingen.
  • Verwachtingen van leraren zelf over leerlingen zijn ook belangrijk voor de verwachtingen die de leerling vormt. Leerkrachtverwachtingen blijken een sterke voorspeller voor het handelen van de leerkracht en dat heeft invloed op de ontwikkeling van leerlingen. Verwachtingen sturen het bewuste handelen van leerkrachten, maar spelen ook een rol in een aantal processen waar de leerkracht zich minder bewust van is. In de leidraad 'Onderwijs vanuit hoge verwachtingen' voor het primair onderwijs vind je kennis over leerkrachtverwachtingen vertaald in zes praktische aanbevelingen8:
    • Wees je bewust van je verwachtingen van leerlingen
    • Wees je bewust van de manieren waarop je verwachtingen communiceert naar leerlingen
    • Werk vanuit hoge verwachtingen: groepeer flexibel
    • Werk vanuit hoge verwachtingen: stel heldere leerdoelen
    • Werk vanuit hoge verwachtingen zorg voor een positief klasklimaat
    • Benut de kracht van het team
Bronnen

1. Daamen & Ince (2014) - www.nji.nl/sites/default/files/2021-07/Wat-werkt-bij-het-bevorderen-van-een-positieve-ontwikkeling-van-jeugdigen.pdf.

2. Könings (2016) - www.schooleducationgateway.eu/nl/pub/viewpoints/experts/will_i_be_happy_managing_stud.htm.

3. Ros (2020) - https://didactiefonline.nl/artikel/geloof-in-eigen-kunnen.

4. Huang, C. (2016). Achievement goals and self-efficacy. A meta-analysis. Educational Research Review, 19.

5. Bandura, A. (1977). Self-efficacy: Toward a Unifying Theory of Behavioral change. Psychological review, 84(2), 191-215

6. Könings (2016) - www.schooleducationgateway.eu/nl/pub/viewpoints/experts/will_i_be_happy_managing_stud.htm.

7. Daamen & Ince (2014) - www.nji.nl/sites/default/files/2021-07/Wat-werkt-bij-het-bevorderen-van-een-positieve-ontwikkeling-van-jeugdigen.pdf.

8. https://www.onderwijskennis.nl/kennisbank/leidraad-onderwijs-vanuit-hoge-verwachtingen.

delen: